Verzekeraars maken zich ernstige zorgen over klimaatschade door een stijgende zeespiegel, toename van droogte en meer extreme buien. Dit leidt tot meer overstromingen of juist lange periodes van droogte. Beide weersextremen leiden tot particuliere en zakelijke schade aan woningen, bedrijfspanden en auto's. Maar ook tot schade aan gewassen, schade door bedrijfsonderbreking en schade aan overheidseigendommen, die in de regel niet verzekerd zijn.
Op deze pagina leggen wij uit wat onze standpunten en acties zijn om schade door wateroverlast en droogte te voorkomen en wat verzekeraars doen als er nu of in de toekomst toch schade ontstaat.
In het adviesrapport Overstromingen (2018) adviseert het Verbond haar leden om in de opstal- en inboedelpolis ook dekking te bieden voor lokale overstromingen. Het verschilt per verzekeraar of - en hoe - ze dit advies hebben vertaald naar de eigen voorwaarden.
Het Verbond heeft in samenwerking met het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat een aantal algemene infographics gemaakt waarin staat hoe weersschades in het algemeen zijn verzekerd, waaronder regen en overstroming. Kijk altijd naar je polisvoorwaarden om te zien wat precies is gedekt en of je een eigen risico hebt.
Vrijwel alle verzekeraars dekken de schade aan woningen en door de extreme regenval overlopende beken en sinds kort ook het bezwijken van secundaire keringen ('lokale overstromingen'). Ook schade door bijvoorbeeld het uitvallen van voorzieningen, zoals de elektriciteit, valt over het algemeen onder de polisvoorwaarden.
Bij zakelijke schade ligt het wat anders. Op de meeste zakelijke polissen zijn bovenstaande schadeoorzaken inmiddels ook verzekerd, maar verzekeren voor ondernemers is het vaak maatwerk, met behulp van een financieel adviseur. Sommige bedrijven en instellingen hebben zich verzekerd via een zogeheten 'beurspolis'. Met de aanvullende modelclausule van de VNAB kan de beurspolis eenvoudig worden uitgebreid met overstroming van zogeheten secundaire waterkeringen: kleine rivieren en beken, het lokale overstromingsrisico. Daarmee zetten verzekeraars en adviseurs weer een belangrijke stap in het verder verzekeren van overstromingsrisico’s in Nederland. Wij adviseren ondernemers om contact op te nemen met de eigenadviseur/verzekeringsmakelaar. Voor financieel adviseurs heeft brancheorganisatie Adfiz een kennisportaal ingericht.
De situatie is anders bij overstromingen van de grote rivieren, zoals de Maas, grote binnenwateren, zoals het IJsselmeer, of vanuit zee. Gelukkig hebben we in ons land zeer goede dijken. Maar áls het mis gaat, kan de schade zo groot zijn dat verzekeraars het risico niet kunnen dragen. Bovendien is er onvoldoende vraag naar een verzekering voor grotere rivieren en de zee. Dit komt door een laag risicobewustzijn van mensen, en omdat niet iedereen hetzelfde risico op overstroming loopt. Maar ook door het bestaan van de ‘gratis’ overheidscompensatie via de Wet tegemoetkoming schade bij rampen (Wts).
Naar schatting is 99% van de huishoudens en bedrijven niet verzekerd voor overstroming van de zee en grote rivieren. Terwijl verzekeringen juist bijdragen aan een sneller herstel en minder vervolgschade. Daarover is het Verbond nu in gesprek met de overheid en andere relevante organisaties.
In het buitenland zijn veel voorbeelden, meestal publiek-private samenwerking. Het Verbond heeft in de afgelopen maanden negen opties onderzocht waarvan er grofweg drie richtingen overbleven die geschikt lijken voor de Nederlandse situatie. Het Verbond heeft deze opties medio 2023 gepresenteerd aan verschillende ministeries. Het demissionaire kabinet gaf in de in juni 2024 verschenen Kamerbrief aan graag de één Loket-richting verder te verkennen met verzekeraars. Bij deze oplossing is de eigen verzekeraar het eerste aanspreekpunt voor de consument. De ervaren medewerkers van de (schade)verzekeraar wikkelen de overstromingsschade af vanuit één loket, volgens vaste werkafspraken en op een voor een burger begrijpelijke manier. Naar verwachting zijn de uitkomsten van deze verkenning in het eerste kwartaal van 2025 beschikbaar.
Na wateroverlast moet het water weggepompt worden en de rommel opgeruimd. Bij opruimen, schoonmaken en drogen na waterschade komt veel kijken. Wij waarschuwen jullie graag voor de volgende gevaarlijke situaties:
Bescherming – Loop niet zomaar door het water als de elektriciteit nog niet is uitgeschakeld of het water mogelijk zwaar verontreinigd is. Zorg voor bedekking van de huid.
Droogproces - Het droogproces is een langdurig proces. Geforceerd en versneld drogen kan leiden tot meer schade aan de woning dan een geleidelijk en natuurlijk droogproces.
Droogtijd – Verwijder natte tapijten en vloerbedekking, dit bevordert de droogtijd van het pand en de inboedel.
Ventilatie – Zet ramen en deuren open, zodat de ruimte zo veel mogelijk wordt gelucht.
Tegendruk - Houd bij het leegpompen van ruimtes zoals kelders, souterrains en woonkamers rekening met tegendruk van water in naastgelegen ruimtes. Laat het water gelijkmatig dalen om ongelijke druk op muren te voorkomen.
Meterkast - Staat of stond er water in de meterkast? Laat deze dan eerst checken door een elektricien.
Elektra – Water en elektriciteit is een gevaarlijke combinatie. Test elektrische apparatuur dan ook niet of het wel of niet werkt. Laat dit beoordelen door een specialist. Zo voorkom je het risico op kortsluiting en brand.
Voertuigen - Heb je een voertuig die langere tijd in het water heeft gestaan? Start deze dan niet direct.
Lees ook de folder ‘Eerste hulp voor particulieren’ van Stichting Salvage. Hierin vind je informatie over hoe Salvage gedupeerden helpt én wat je zelf kan doen na schade.
De totale verzekerde schade door het noodweer in Limburg en Noord-Brabantin de zomer van 2021 bedroeg 211 miljoen euro, waarvan het merendeel in Zuid-Limburg zo blijkt uit het financieel jaarverslag van de verzekeringsbranche.
In totaal hebben verzekeraars in 2021 circa 25.000 schademeldingen ontvangen als gevolg van de wateroverlast in juli, waarvan het grootste deel (10.000 claims) in Zuid-Limburg. Het merendeel van de claims betreft particuliere schade aan woningen en voertuigen. Bij een kleiner deel gaat het om zakelijke schade aan bedrijfsgebouwen en voertuigen. Naast materiele schade is er ook schade aan gewassen en door bedrijfsonderbreking. Ten slotte is er veel schade aan overheidseigendommen, die zijn in de regel niet verzekerd.
Verzekeraars hebben alles op alles gezet om de verzekerde schades snel af te handelen, maar liepen aan tegen complexe waterschades waarvan de droogtijd maanden in beslag nam. Heel vervelend voor gedupeerden die graag zo snel mogelijk weer terug naar huis willen of een doorstart maken met hun bedrijf. Dat kost in sommige gevallen veel tijd.
In Limburg was het vanaf 15 juli een komen en gaan van hulpdiensten. De gemeente, de brandweer, defensie en omwonenden schoten te hulp. Ook verzekeraars kwamen in actie door de inzet van Salvagecoördinatoren, schadebehandelaars, schade-experts en reinigingsspecialisten. Hoe kwam de schadeafwikkeling op gang en hoe werken deze professionals samen om klanten in nood bij te staan? Het Verbond ging hierover in gesprek met Stichting Salvage, a.s.r. en Polygon Nederland.
Lees het hele artikel 'Wateroverlast Limburg: zo kwam de schadeafwikkeling op gang'
Het lage grondwaterpeil, deels door klimaatverandering, bedreigt in grote delen van Nederland de funderingen van circa 1 miljoen woningen en andere panden. Hierdoor ontstaat schade aan houten en ondiepe funderingen.
> Bezoek onze pagina over funderingsschade
Wat betreft bodemdaling is het risico dusdanig zeker én groot dat verzekeren geen oplossing is: het is een miljardenrisico voor huizenbezitters en hun hypotheekverstrekkers. Naast klimaatverandering, spelen ook grondwaterpeilbeheer en funderingstypen een rol. Daarom is nationale regie nodig, daarvoor pleiten verzekeraars samen met een brede coalitie.
Door klimaatverandering zullen natuurbranden niet alleen vaker voorkomen in ons land, maar ook meer impact hebben. Het wordt warmer en droger in Nederland. Dat blijkt uit diverse Klimaatscenario’s van het KNMI. Het weer wordt in algemene zin extremer. De gevolgen daarvan zijn te zien in onze Klimaatschademonitor, waarin we de verzekerde schade door extreem weer bijhouden. We weten nu ook dat het natuurbrandrisico toeneemt. Het beheersbaar houden van dit soort risico’s moet in samenwerking tussen verzekeraars, overheid en de wetenschap gebeuren.
Catelijne Stoof, internationaal bekend om haar expertise over natuurbranden, benadrukte eerder tijdens een webinar van het Verbond dat een geïntegreerde aanpak nodig is. Wij steunen de aanbeveling om natuurbrandrisico mee te nemen in beslissingen over de inrichting van Nederland.