Skip to Content

In dit eerste deel van onze serie over Zonnepanelendeeltjes leiden beleidsadviseur Marieke Beugel, Wim van Esch (Achmea) en Gerard Toorenaar (De Zeeuwse) de problematiek in. Zo vertelt Van Esch dat er veel verschillende systemen en eigendomsconstructies (denkbaar) zijn. “De meest eenvoudige constructie is natuurlijk dat de eigenaar van het gebouw ook de eigenaar is van de zonnepanelen. Dan is duidelijk dat er één persoon verantwoordelijk is voor de gehele constructie.”

Eigendomsconstructie

Maar zo simpel ligt het niet altijd, benadrukt Van Esch. “Wij stuiten in de praktijk geregeld op allerlei andere constructies. De zonnepanelen kunnen bijvoorbeeld in eigendom zijn van de energiemaatschappij, waardoor je al met twee verschillende partijen te maken hebt. Of de eigenaar van een gebouw verhuurt een deel van zijn dak aan één of meerdere andere partijen. Zo zijn er veel constructies denkbaar, waardoor het voor een verzekeraar ingewikkeld kan zijn om bij een schade te achterhalen wie verantwoordelijk is voor het opruimen en de kosten daarvan.”

Wim van Esch: "Het kan best ingewikkeld zijn om te achterhalen wie verantwoordelijk is voor het opruimen"

Rol adviseur

Het betekent in ieder geval dat de verzekeringen van de eigenaar en de gebruiker(s) van de zonnepanelen goed op elkaar moeten zijn afgestemd om discussies achteraf te voorkomen, meent Van Esch. “Maar hoe doe je dat? Hoe zorg je ervoor dat de adviseur op de hoogte is? En wat is in dat geval de rol van het intermediair?”, vraagt Marieke Beugel, die tijdens het webinar als moderator opereert.
“Het komt geregeld voor dat een klant zijn adviseur niet heeft gemeld dat er zonnepanelen op zijn dak liggen. Dat is dus stap één”, aldus Van Esch. “Zorg dat je in gesprek bent en blijft met je klant, maar dat is niet het enige. Het wordt extra ingewikkeld bij schade als delen van zonnepanelen door een brand worden verspreid en moeten worden opgeruimd. Wie gaat dat betalen? De verzekeraar van de zonnepanelen? Of die van het gebouw? Het antwoord op dit soort vragen is afhankelijk van de polisvoorwaarden. Er zitten de nodige verschillen in de polisredactie van de diverse verzekeraars en dat houdt in dat de adviseur zijn advies daar op moet afstemmen.”

Definities

In de praktijk is dat niet altijd makkelijk. Juist daarom werkt een werkgroep bij het Verbond - waarin naast verzekeraars ook de Stichting Salvage en een expert van het NIVRE zijn vertegenwoordigd – aan definities van de diverse begrippen. Deze moeten helpen om de verantwoordelijkheden eenduidig te krijgen, zodat de verschillende verzekeringen goed op elkaar aansluiten. “Het maakt het sowieso makkelijker als we allemaal dezelfde taal spreken”, concludeert Van Esch.

Gerard Toorenaar: "Er wordt volop geëxperimenteerd met alternatieven voor handpicking. Denk aan bermmaaiers of speciale stofzuigers"

Wie ruimt op?

Tijd voor een casus, vindt Beugel. “Stel dat er brand uitbreekt in een bedrijfspand. De zonnepanelen op het dak zijn eigendom van de eigenaar van het pand en hij heeft de opruimingskosten meeverzekerd. De zonnepanelendeeltjes verspreiden zich door de omgeving en de vraag rijst: wie ruimt ze op?”
Gerard Toorenaar van De Zeeuwse gaat er bij de beantwoording vanuit dat de deeltjes verder zijn verspreid dan alleen op het eigen terrein. “In eerste instantie is het dan van belang om de omgeving duidelijkheid te verschaffen. Waar liggen de deeltjes, wie ruimt ze op en wanneer? In onze werkgroep is besloten om de Stichting Salvage daarin een grotere rol te laten spelen en om dat goed te regelen, wordt er aan een protocol gewerkt.”

Opruiming(skosten)

In dit specifieke geval zijn de opruimingskosten meeverzekerd, maar dan nog is het de vraag hoe. Toorenaar: “Geldt de dekking alleen voor het eigen terrein? Of ook daarbuiten? Als dat laatste het geval is, is de verzekeraar aan zet om actie te ondernemen.”
In het gros van de gevallen vindt het opruimen plaats door handpicking, maar volgens Toorenaar is dat niet altijd mogelijk. “Soms komen de deeltjes in een weiland terecht waar het gras wat hoger is. Daarom wordt er volop geëxperimenteerd met alternatieven, waaronder bermmaaiers om het gras eerst te kortwieken of speciale stofzuigers. Dat staat echter nog in de kinderschoenen en moet verder worden ontwikkeld.”
De zonnepanelendeeltje kunnen naast het gras, ook in andere gewassen terechtkomen, vervolgt Toorenaar. “Bijvoorbeeld in mais of kool, waardoor er een gevaar kan optreden voor de voedselgezondheid. In dat soort gevallen krijgen we te maken met de Voedsel- en Warenautoriteit, want je moet er niet aan denken dat die deeltjes in ons voedsel terechtkomen.”

"Essentieel is natuurlijk van wie de zonnepanelen zijn en hoe ze zijn verzekerd"

Schadeposten

Al met al kan de schade flink oplopen, menen zowel Toorenaar als Van Esch. “Als er zonnepanelendeeltjes in gewassen worden gevonden, is de kans groot dat het gewas wordt afgekeurd. Dat levert schade op voor de agrariër. Daarnaast kan die agrariër (tijdelijk) geen elektriciteit opwekken. Zonder zonnepanelen immers ook geen levering van energie. Die moet hij extra inkopen en dat is ook een schadepost. En dan hebben we de grootste schadepost nog niet eens genoemd, want essentieel is natuurlijk van wie de zonnepanelen zijn en hoe ze zijn verzekerd.”

Tip!

Tip van beide heren is dan ook om zoveel mogelijk discussie te voorkomen, doordat iedereen weet hoe het zit. “De eigenaar van de zonnepanelen, omdat hij zijn polisvoorwaarden checkt en weet of en zo ja, hoe de opruimingskosten zijn meeverzekerd. De verzekeraar, omdat deze zorgt voor een heldere interne afstemming. En de adviseur ten slotte die weet wie verantwoordelijk is voor welk stukje van de verzekering als een klant zonnepanelen heeft.”

In het tweede deel van de serie over Zonnepanelendeeltjes komen het juridisch kader, de begrippen en de mogelijke oplossingen aan bod.