1. Jullie hebben de Klimaatmonitor tijdens een livestream gelanceerd. Hoe waren de eerste reacties?
Brinkman: “Een van de deelnemers was echt heel blij en zei na afloop dat hij nu “een goed beeld had waar we in de toekomst rekening mee moeten houden”. Dat maakt het wel leuk. We hadden in totaal 130 deelnemers, die allemaal (bijna) de hele stream hebben gevolgd. Dat was voor mij voldoende bewijs dat we in een behoefte voorzien. Beleidsmakers krijgen met de monitor meer inzicht in de risico’s die consumenten en ondernemers lopen. Nu en in de toekomst, want klimaatverandering is immers allang aan de gang. We merken bijna dagelijks de gevolgen van extreem weer.”
Hoen: “Uit de evaluatie is gebleken dat het webinar een 8,2 als rapportcijfer heeft gekregen. Dat is mooi, maar veel belangrijker is dat mensen niet alleen zien dat het klimaat verandert, maar nu ook weten wat dat betekent. Er wordt vaak gemeten wat het kost om klimaatverandering tegen te gaan, maar niet wat die maatregelen opleveren.”
2. Meten is weten?
“Absoluut”, reageert Hoen. “Niemand weet hoe de toekomst eruitziet, maar we kunnen wel steeds betere inschattingen maken. Het is ontzettend belangrijk om er bovenop te zitten en de informatie in de monitor te blijven updaten.”
“Eens”, zegt Brinkman. “Wij krijgen bij het Verbond ook steeds vaker vragen. Van stakeholders en media, maar ook van onze eigen leden. Cijfers zijn voor iedereen belangrijk. We moeten als land onder meer kosten-baten analyses maken. Waar gaan we iets doen? Waarin gaan we wel en waarin niet investeren? Zijn preventieve maatregelen nodig? En zo ja, wat kost dat dan? We zullen die kosten eerst goed op een rijtje moeten hebben voordat we kunnen bepalen waar we op inzetten. Moeten er bepaalde standaarden voor huizen komen? Of zijn maatregelen alleen in een bepaalde regio nodig? Als Beleidsadviseur Klimaat vind ik bovendien dat verzekeraars wat moeten vinden van klimaatverandering. Er vindt bij overheden bijvoorbeeld veel discussie plaats over wateroverlast, terwijl wij als sector misschien wel vinden dat we het over de impact van hagelschade op gebouwen en voertuigen moeten hebben. Dat soort discussies kun je alleen voeren (en sturen) als je de goede (schade)cijfers hebt. Meten is dus echt weten.”
3. Hoe belangrijk zijn de cijfers voor verzekeraars?
Hoen: “Verzekeraars werken dagelijks met kansen, risico’s en onzekerheden die het klimaat betreffen. Ze hangen daar ook een prijskaartje aan en alleen al daarom zijn cijfers cruciaal. Neem als voorbeeld de ‘verdeling van weerschades’ uit de monitor. Uit cijfers van het KNMI blijkt dat het stormbeeld voorlopig niet gaat veranderen. Daar kunnen verzekeraars ook niet veel aan doen, maar ze kunnen wel meer ‘winst’ halen uit preventie.”
“We weten ook dat de neerslagschade in de toekomst zal veranderen en de monitor laat de huidige hotspots al zien”, vult Brinkman aan. “Als een verzekeraar weet waar meer hagel zal vallen, kan hij ook veel gerichter preventie-adviezen aan zijn klanten geven. Of voor de bui al rekening houden met de schadeafhandeling die later moet volgen. Natuurlijk zijn zaken als prijs, eigen risico en andere voorwaarden het domein van de sector zelf, maar ik durf wel te stellen dat verzekeraars met de monitor hun klanten beter kunnen helpen, zodat we weergerelateerde risico’s verzekerbaar kunnen houden.”
4. En wat betekent het voor jullie werk?
Hoen: “Wat ik bij het Data Analytics Centre doe, is vaak vrij onzichtbaar. Mensen vinden mijn werk – met al die cijfers en tabellen – ook snel saai. De dashboard-vorm waar we bij de Klimaatmonitor voor hebben gekozen, maakt de data veel toegankelijker. Ik kan nu eindelijk aan mijn vrouw en familie laten zien wat ik elke dag doe.”
“Ik heb het webinar zelfs aan mijn familie laten zien”, vertelt Brinkman lachend. “Dat was ook de eerste keer. Het is voor iedereen goed te snappen. De Klimaatmonitor is zowel geschikt voor een beleidsmaker als voor een woordvoerder of een statisticus. Daarom hebben we ’m ook online gezet. De data is voor iedereen toegankelijk en je kunt zo diep inzoomen als je zelf wilt.”
5. In eerdere berichten is de Klimaatmonitor ook wel een groeimodel genoemd? Wat zijn nog wensen?
“Wensen zijn er nog genoeg, maar onze grootste wens is wel om ook agrarische data te ontsluiten. Het lastige is dat we juist daar tegen mededingingsregels aanlopen, terwijl het zo belangrijk is om te laten zien wat klimaatschade voor de agrarische sector betekent. Agrariërs zitten in de frontlinie. Ook als anderen er totaal geen erg in hebben, zoals eerder deze maand toen tuinders dag en nacht in touw waren om de vorstschade aan hun gewassen te beperken. In samenwerking met de Wageningen Universiteit en ons eigen netwerk gaan we zeker op zoek naar meer data van andere partijen, zodat we de monitor verder kunnen ontwikkelen.”