Premier Johnson heeft een aantal voorstellen gedaan om de Ierse grenskwestie op te lossen, maar die schieten volgens de EU ernstig tekort. Als de twee partijen er deze week niet uitkomen, zijn de enige opties die overblijven een no deal-Brexit of een verlenging.
Bij het meest waarschijnlijke scenario, geen deal op 31 oktober, vinden er naar verwachting omstreeks 5 december Britse verkiezingen plaats. De uitslag is van groot belang voor de partij van premier Johnson (Conservatieven). Verliest deze partij de verkiezingen, dan is de kans groot dat er een 2e referendum plaatsvind, waarvan de huidige Britse peilingen aangeven dat de ‘Remainers’ (tegen Brexit) als winnaar uit de bus komen (55-45%). Echter, Britse peilingen blijken er de laatste jaren nog al eens naast te zitten. Zo zijn de uitslagen van het referendum en diverse nationale verkiezingen verkeerd voorspeld.
Eindafrekening moet betaald worden
Tegelijkertijd waarschuwt minister Stef Blok van Buitenlandse het VK dat het eind deze maand niet uit de EU kan stappen zonder de eindafrekening van naar schatting €40 mrd te voldoen. Geld dat premier Boris Johnson wil gebruiken in eigen land. ‘Als Londen niet betaalt, dan wordt het moeilijk om straks nog met Nederland zaken te doen’, aldus Blok in een gesprek met het FD.
Steun voor steunvoorstel EC
Daarnaast maakte het kabinet deze week bekent het voorstel te steunen van de Europese Commissie om bijna 900 miljoen euro uit twee solidariteits, - en globaliseringsfondsen van de EU beschikbaar te stellen om de negatieve gevolgen van de Brexit op te vangen. Het gaat dan om steun aan bedrijven en werknemers die getroffen worden als het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie zonder deal verlaat.
Met het voorstel komt de EC tegenmoet aan de zorgen over de mogelijk aanzienlijke financiële en economische gevolgen van een no deal voor sommige lidstaten, waaronder Nederland. Het kabinet verwacht dat Nederland, vanwege haar sterke economische verbondenheid met het VK, relatief hard getroffen zal worden door een no deal Brexit. Wel laat het kabinet weten dat het hier een uitzonderlijke situatie betreft, namelijk de Brexit. Tegen die achtergrond schept dit voorstel geen precedent om de werkingssfeer van andere fondsen te verbreden.
Onnodige financiële druk voorkomen
Door gebruik te maken van bestaande fondsen binnen de huidige Europese begroting en het huidig MFK voorkomt de EC dat onnodige financiële druk op de bijdragen van de lidstaten aan de Europese begroting. De voorstellen hebben betrekking op 2019-2020 en lopen niet vooruit op de vormgeving van het volgende MFK en de onderhandelingen daarover; het kabinet steunt deze tijdelijkheid. Bij de beoordeling van beide voorstellen heeft Nederland de eenheid binnen de EU27 meegewogen.
Blijf voorbereiden op no deal Brexit
Daarnaast blijft het kabinet benadrukken het kabinet dat bedrijven zich moeten blijven voorbereiden op een no deal Brexit. Via het Brexit loket en stakeholderbijeenkomsten van de verschillende ministeries, wordt het Nederlandse bedrijfleven geïnformeerd over de voortgang van de Brexit.
Hoe komt een lidstaat in aanmerking voor steun?
Om in aanmerking te komen voor steun uit het EGF kan een lidstaat een (sector-)aanvraag indienen bij de Europese Commissie. Deze aanvraag moet voldoen aan een aantal criteria. Dit betekent dat op basis van het voorstel van de Commissie bedrijven en sectoren die hard getroffen worden door de Brexit aanspraak kunnen maken op steun uit het EGF als er minimaal 500 werknemers binnen een bepaalde periode ontslagen zijn door een no deal Brexit. Deze periode verschilt voor bedrijven en sectoren. Als het één bedrijf betreft dan geldt deze periode voor vier maanden, wat betekent dat alle ontslagen binnen deze periode plaatsvinden. Betreft het een groep bedrijven of een sector dan geldt een periode van negen maanden voor ontslagen in een bepaalde sector in één of twee aan elkaar grenzende provincies. Aanvragen lopen via het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Op de website van Uitvoering van Beleid SZW staat meer informatie over de aanvraagcriteria. Op het moment dat de gewijzigde verordeningen in werking treden, wordt de informatie op de website geactualiseerd worden.
Slecht één aanvraag per lidstaat
Iedere lidstaat mag slechts één aanvraag indienen, uiterlijk eind april 2020. Vervolgens geldt een ondergrens om in aanmerking te komen voor financiële vergoeding uit het EUSF. Deze grens bedraagt 1,5 miljard euro of 0,3% van het bruto nationaal inkomen voor totale uitgaven te relateren aan een no deal Brexit. De uitgaven mogen alleen gerelateerd zijn aan maatregelen in reactie op een no deal Brexit, in de periode vanaf de uittredingsdatum van het VK tot uiterlijk eind 2020. In de aanvraag dient de lidstaat deze kosten te onderbouwen en te kwantificeren. De Europese Commissie publiceert binnenkort nadere details over deze vereisten.