De Europese Commissie heeft gisteren enkele besluiten vastgesteld die noodzakelijk worden gevonden bij een ‘no deal’. Een onderdeel hiervan is een tijdelijke en voorwaardelijke equivalentiebeslissing voor 12 maanden om te voorkomen dat er problemen ontstaan bij de centrale clearing van derivaten. Gedurende de 12 maanden waarin de clearing in het Verenigd Koninkrijk kan worden voortgezet, hebben partijen de gelegenheid om te zoeken naar alternatieven op het Europese vasteland.
Tevens komt er een tijdelijke en voorwaardelijke equivalentiebeslissing voor 24 maanden voor Britse central securities depositories. Gedurende de 24 maanden waarin de bewaring en aanverwante dienstverlening in het Verenigd Koninkrijk kan worden voortgezet, hebben partijen de gelegenheid om te zoeken naar alternatieven op het Europese vasteland.
Tenslotte komen er twee gedelegeerde verordeningen om te vergemakkelijken dat van bepaalde OTC derivatencontracten met een tegenpartij gevestigd in het Verenigd Koninkrijk de tegenpartij kan worden vervangen door een tegenpartij gevestigd in de EU. Deze verordeningen over clearing en margins moeten het mogelijk maken de vrijstellingsstatus voor contracten van voor de European Market Infrastructures Regulation te handhaven.
De Commissie roept het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie op de voorgestelde noodwetgeving snel goed te keuren zodat het op 29 maart 2019 in werking kan treden. Voor de gedelegeerde verordeningen hebben het Europees Parlement en de Raad in de regel drie maanden de tijd, maar zij kunnen ruim voor het einde van die termijn meedelen dat zij geen bezwaar hebben.